Daar kun je boeken over vol schrijven. Kort gezegd is het
- Heel veel soorten vaste planten (bomen, struiken en kruiden) in plaats van een een monocultuur met 1 jarige gewassen.
- De bodem met rust laten, dus niet ploegen of met zware machines de lucht uit de grond rijden.
- Zon, regen en planten zorgen voor de inputs. Kunstmatige (chemische) bemesting is dus helemaal niet nodig.
- Bij een rijke biodiversiteit zijn de vijanden van plaagdieren nooit ver weg. Plaagbestrijding met landbouwgif is dus niet nodig.
- Een levende, luchtige bodem vol schimmels, bacteriën wormen en opneembare bouwstoffen, in plaats van een dode, gecompacte, zuurstofloze, verzuurde bodem.
- Een bodem met een hoog gehalte aan organisch materiaal waardoor hij als een spons water vast kan houden. Beregening in de zomer is dus niet nodig (m.u.v. de eerste twee jaar wellicht).
- Vier seizoenen oogst, elk jaar meer, in plaats van één keer oogsten van 1 gewas.
- Lucht zuiveren i.p.v. lucht verontreinigen.
- Oogsten met de hand, arbeidsintensief, gezellig en gezond (want buiten). Dus geen machinale oogst en ook geen NOx uitstoot.
- Dus gewoon een ontzettend mooie plek waar natuur, voedsel, dieren én mensen zich fijn voelen en géén ‘gemaar’!